Oekraïens

Oekraïens
Het Oekraïens (украї́нська мо́ва, [ukrɑˈjı̽ɲsʲkɑ ˈmɔwɑ]) is een tamelijk grote taal in Europa, die behoort tot de Oost-Slavische groep binnen de Slavische talen.

Deze taal wordt niet alleen in Oekraïne gesproken, maar ook in Wit-Rusland, Moldavië, Rusland en vele andere landen.

In Oekraïne worden naast het Oekraïens ook de talen Russisch, Krim-Tataars, Roemeens, Hongaars, Bulgaars, Pools, Duits, Belarussisch, Slowaaks, Grieks, Gagaoezisch en Romani gesproken.

In de zuidoostelijke helft van het land overheerst het Russisch, in de noordwestelijke helft het Oekraïens. Volgens de volkstelling van 2001 zou 67,87% van de burgers van het land het Oekraïens als moedertaal spreken en 29,74% het Russisch.

In het tsaristische Rusland was het schriftelijk gebruik van het Oekraïens (dat toen officieel bekendstond als het "Kleinrussische dialect van de Russische taal") verboden. Onder het Sovjetbewind kreeg de taal beduidend meer erkenning, maar bleef in de praktijk toch wel achtergesteld bij het Russisch. Na de onafhankelijkheid van Oekraïne (1991) werd het Oekraïens als de enige officiële staatstaal erkend, waardoor de positie van de taal sterk is verbeterd. In de praktijk heeft het Russisch nog altijd een heel belangrijke positie. Waarschijnlijk heeft bijna 90% van de bevolking van Oekraïne op zijn minst een redelijke beheersing van beide talen.

Het Oekraïens wordt geschreven met het Cyrillisch schrift. Er zijn in totaal 33 letters.

* Romanisatie van het Oekraïens

Land (geografie)
  • Oekraïne
    Oekraïne (Oekraïens: Україна) is een land in Oost-Europa met 44,32 miljoen inwoners met als hoofdstad Kiev (Kyiv). Het land grenst in het noordoosten en oosten aan Rusland, in het noordwesten aan Wit-Rusland, in het westen aan Polen, Slowakije en Hongarije en in het zuidwesten aan Roemenië en Moldavië. Verder grenst het in het zuiden aan de Zwarte Zee en in het zuidoosten aan de Zee van Azov. Oekraïne is qua landoppervlakte het grootste land dat volledig in Europa ligt en is na Rusland het grootste land van Europa. Etnische Russen vormen ongeveer een zesde van de Oekraïense bevolking, maar door de russificatie werd het Oekraïens lange tijd onderdrukt en is Russisch voor een kwart van de Oekraïners hun eerste taal.

    Het grondgebied van het huidige Oekraïne wordt al tienduizenden jaren bewoond en behoorde in de loop van de tijd tot verschillende rijken. De Oekraïners maakten deel uit van de Oostelijke Slaven die zich er volgens archeologische bronnen al zeker sinds 1500 v.Chr. ophielden. Na de komst van de Scandinavische Varjagen (Vikingen), ontstond omstreeks de zevende eeuw de etnisch-culturele regio Land van de Roes. In de negende eeuw stichtten de Varjagen het Kievse Rijk, dat kan worden gezien als een voorloper van zowel de Oekraïense als de Russische natie. Tijdens de Mongoolse invasie in de dertiende eeuw werd het Kievse Rijk verwoest, waarna in het westelijke deel het Vorstendom Galicië-Wolynië ontstond. Het gebied werd daarna 600 jaar lang betwist, verdeeld en geregeerd door een verscheidenheid aan externe machten; waaronder het Pools-Litouwse Gemenebest, het Ottomaanse Rijk en het Tsaardom Rusland. In 1649 ontstond in centraal Oekraïne het Kozakken-Hetmanaat dat in 1764 werd geliquideerd en verdeeld tussen Keizerrijk Rusland en Polen en uiteindelijk geabsorbeerd door het Russische rijk. In de 19e eeuw kwam er ruimte voor de Oekraïense nationale identiteit. Tijdens de Russische Revolutie in 1917 was voor het eerst sprake van een zelfstandig, internationaal erkend land: de Oekraïense Volksrepubliek. De Sovjet-Unie slokte het op tot haar einde in 1991. Na de val van het communisme werd Oekraïne een onafhankelijke democratie.